Dinsdag
Na de krijtrotsen van gisteren met de bijbehorende lange wandeling gaan we vandaag iets anders doen. Ik wil naar de “Pont de Normandië” een grote brug over de Seine bij Le Havre. Of het nu ligt aan mijn navigator of mijn eigen verkeersinzicht weet ik niet, maar de route leidt ons via merkwaardige wegconstructies naar de parkeerplaats bij zowel het tolstation als de brug.
We parkeren de auto en lopen naar de brug. In de top 10 van dingen die je zeker moet doen volgens een internetsite is het wandelen over de brug. Samen met het bezoeken van de krijtrotsen is dit het tweede item uit die top 10, dus gaan we ervoor. Volgens de informatieborden is er een flink natuurgebied aangelegd vlak bij de brug. Ik zie alleen kilometers laagland met hoge rietpluimen met daar tussen afval. Heel veel afval. Het is een treurig gezicht, en zoals altijd vraag ik mij dan af of er niemand is die zich hier verantwoordelijk voor voelt. Alles bij elkaar zijn er best een paar behoorlijke containers met het aanwezige afval te vullen.
De informatie borden die ons iets moeten vertellen over de brug zijn gescheurd, en van de informatie ontbreekt ongeveer 60%. Die delen zijn verweerd, losgescheurd en liggen waarschijnlijk ergens tussen de rest van het afval. Je kunt hier dus wel spreken over wat achterstallig onderhoud.
We lopen een stuk verder en zien dat het voetpad over de brug aan onze zijde is afgesloten. Er is een doorgang onder de brug door, en als we aan de andere kant staan zien we dat het voetpad daar wel open is.
De vorige keer dat we een imposante brug te voet konden oversteken was het zonnig weer en liepen we over een mooi aangelegd voetpad over een brug waar zo nu en dan een auto met gepaste snelheid overheen zoefde.
De tegenstelling had niet groter kunnen zijn. De bewolking overheerst, er staat een ijskoude en snoeiharde wind, en de ene na de andere vrachtwagen scheurt met een flinke snelheid en gepaard met oorverdovend lawaai aan ons voorbij. Het voetpad en de rijbaan zijn van elkaar gescheiden door een ongeveer 10 centimeter hoge betonnen rand, wat gezien de hoeveelheid deuken in de vangrail niet altijd genoeg is om het verkeer te stoppen.
Ik houd alle wagens angstvallig in de gaten, al moeten we wel telkens ons hoofd wegdraaien als zo’n gigantisch monster voorbij komt gescheurd. Door de luchtverplaatsing van die kolossen wordt eerst alle lucht uit je longen gezogen waarna je vervolgens een flinke oplawaai krijgt van de wind die in het kielzog van de vrachtwagen wordt meegesleurd. Te zien aan alle kleine vrachtwagen onderdelen die hier liggen is er ook nog best wel een kans aanwezig dat een van die vrachtwagens op de brug een bout, een moer of zelfs een treeplank verliest die dan vervolgens met dezelfde snelheid als de vrachtwagen zelf “ergens” heen wordt gesmeten. Ik ben bang dat een van ons tweeën dan toevallig “ergens” staat en dan zo’n onderdeel met een kleine 80 tot 100 kilometer per uur mag incasseren.
Ik ben dan ook erg blij als we aan de overkant van de brug zijn en via een trapje onder de brug terecht komen waar we zijn gevrijwaard van voorbij razend verkeer. Ik begin me af te vragen of in de top 10 van dingen die je moet doen in Normandië ook vermeld staat “teruglopen over diezelfde brug”.
Onder de brug zijn nog wat leuke fotomomenten te ontdekken, ook al is het jammer dat het weer voor de mooie foto’s niet ideaal is.
Met een beetje tegenzin wandelen we terug over de brug naar onze auto. Het voordeel is nu wel dat we met de richting van het verkeer meelopen. Dat geeft enigszins rust, al ben ik erg blij als we weer terug zijn aan de goede zijde van de brug, de zijde waar onze auto staat. Voordat we terug rijden gaan we nog even het informatiecentrum binnen, al is het maar voor een toiletbezoek een kop koffie en een stukje appeltaart wat “tarte aux pommes” blijkt te heten op zijn Frans. Lang leve de Google Translate app!
Het bezoekerscentrum is ook interessant al moeten wij het wel hebben van de plaatjes. De bijbehorende informatie is slechts Franstalig aanwezig. Logisch, want we zijn ten slot van rekening in Frankrijk, maar het lijkt me wel een gemiste kans. We herkennen zo nu en dan wel een woordje en weten zo ongeveer wat er bedoeld wordt.
Vroeg in de avond gaan we even terug naar het strand bij Étretat. Bij laag water is hier inderdaad een doorgang waar je met een klein beetje moeite en een zaklamp veilig naar het stukje strand kunt komen waar we gisteren zo naarstig naar op zoek waren. We blijven tot na de zonsondergang die wel mooi maar niet spectaculair is.